Giet rum of ahornsaus in een kleine pan op een laag vuur. Voeg de boter toe en laat het smelten terwijl je roert. Nu alleen nog van die lekkere bruine suiker erin laten oplossen. Blijf dapper roeren tot alles gesmolten en opgelost is en je een mooi mengsel hebt. Haal dan de pan van het vuur. Vul de spuit met de warme saus en injecteer zoveel als je kunt in de beenham met een tussenruimte van 2,5 cm. Een deel van de vloeistof gaat eruit lekken, maar negeer dat gewoon want een groot deel blijft in de ham en dat zorgt voor een smaak waar je de rest van je leven naar terug verlangt. Wrijf de buitenkant van de ham ook in met saus en strooi er vervolgens de rub over. Laat het hammetje op een plate setter 3 uur rustig roken en meet af en toe de kerntemperatuur. Je bent op weg naar 65 tot 70 °C. Smeer tussentijds vrijelijk extra saus over de beenham, maar zorg dat het deksel zoveel mogelijk gesloten is. Als de kerntemperatuur op de gewenste waarde is, haal je de beenham van de BBQ. Laat ‘m in aluminiumfolie rustig nagaren terwijl jij je bekommert over het witte goud. Schil de asperges en snijd 2 à 3 cm van die koppige harde onderkant. Verwijder de plate setter van je BBQ en houd de kolen op 180 °C. Is het zover, leg dan de asperges op het gietijzeren (bij voorkeur) grillrooster. Besprenkel de asperges met wat olijfolie en bestrooi ze met het zeezout. Grill ze afhankelijk van de dikte in 20-30 minuten beetgaar. Draai met de grilltang de asperges af en toe voor van die fotogenieke grillstrepen rondom. Smelt in een gietijzeren pannetje de 25 gr boter en bak de zeekraal in 1 à 2 minuten knappergaar. Smelt de rest van de boter, zonder de boter te kleuren. Verdeel de asperges over 4 borden en drapeer de zeekraal er overheen. Schenk de gesmolten boter samen met de nootmuskaat over je goodies. Snijd als grand finale de beenham in strakke plakken, leg ze op de borden naast de asperges en ontdek dat niet alleen de ochtendstond goud in de mond heeft.