De marinade klaarmaken is altijd een goede eerste stap. Doe het sap en de schillen van de limoenen samen met citroensap, ketjap manis, bruine basterdsuiker, ketoembar, een fijngewreven knoflookteentje en sojaolie bij elkaar. Meng het in een schaal. Snijd daarna de varkenshaas in blokjes en marineer deze in de nectar die je zojuist hebt geschapen. Laat de varkenshaasblokjes minimaal 2 uur scharrelen in de marinade. Leg de houten satéstokjes een kwartier in koud water, want roosteren en hout staan over het algemeen op gespannen voet met elkaar. Rijg 3 à 4 blokjes vlees aan je satéstokjes. Rooster de satéstokjes, het liefst op een gietijzeren rooster, 10 à 15 minuten boven een vuur van 200 °C. De wereld is rond, dus af en toe draaien zodat ze van alle kanten mooi gaar worden. We zijn er bijna … Zet de gietijzeren pan op het vuur, want we gaan de katjang-ketjapsaus maken. Bak de super fijngesneden ui mooi bruin. Voeg alle ingrediënten toe en roer de saus goed door. Als deze iets te dik uitpakt kun je hem verdunnen met een beetje water. Was het altijd maar zo makkelijk. Dien de saus warm op. Terima kasih, Indonesia.